dinsdag 8 juli 2014

Een robuust dogmatisch en kerkelijk christendom

Een pleidooi voor een low profile, ondogmatisch en anti-institutioneel christendom, op die manier lees ik de zeven richtingaanwijzers voor een nieuw soort christendom die de uitkomst zouden zijn van 7keer7, een zoektocht naar een nieuw soort christendom. Deze richtingaanwijzers werden door Karel Smouter uitgewerkt in een artikel op De Correspondent. Tegenover het christendom dat hij voor ogen heeft wil ik een robuust dogmatisch en kerkelijk christendom poneren.

Ik steek in bij de eerste stelling: ‘(stop met geloven en) word een leerling’. Als ik de stelling, die zich kenmerkt door onhelder taalgebruik, goed begrijp dan is leerling zijn ongeveer het tegenovergestelde van in dogma’s geloven. Als ik echter de evangeliën goed lees dan is de essentie van leerling-zijn leren. Jezus verzamelt 12 leerlingen om zich heen die niet alleen zien wat Hij doet, maar ook naar behoorlijk lange preken luisteren waar Jezus steeds opnieuw iets over zichzelf, zijn missie en zijn koninkrijk onthult. Na 15 lange hoofdstukken stelt Jezus in Mattheüs 16 de vraag: ‘wie denken jullie dat ik ben?’ Het antwoord is: ‘U bent de Messias, de Zoon van de levende God’. En Petrus krijgt een groot compliment, hij heeft het juiste antwoord gegeven, hij is een goede leerling. Leerling zijn betekent dat je doorkrijgt met Wie je in Jezus te maken hebt. En het is, zoals uit de woorden van Jezus blijkt, een zaak van levensbelang om dat helder te zien.

In feite verwoordt Petrus hier heel kort het eerste dogma: een mensenzoon die tegelijk Zoon van God is: een machtige belijdenis, en tegelijk een groot geheimenis dat er om vraagt om verder doordacht te worden. De vroege kerk was dan ook niet alleen met woordspelletjes bezig toen ze in de loop van een paar eeuwen steeds nauwkeuriger nadacht over wat hier precies gezegd wordt. De kerk was met een zaak van levensbelang bezig toen ze de grote dogma’s van de triniteit en de tweenaturenleer formuleerde. Jezus, zijn missie en zijn koninkrijk komen in de lucht te hangen als we niet scherp zien wie Hij is.

Het mooie is dat het instituut kerk door alle eeuwen heen, en door alle menselijk gerommel heen, deze dogma’s heeft bewaard, gekoesterd, geherformuleerd en uitgedragen in sacramenten, preken, muziek, kunst, architectuur (gebouwen) en theologie. Alleen daarom al is de derde stelling: ‘(stop met de kerk en) ontmoet elkaar’ erg jammer. Wat de kerk, de ene keer wat gelukkiger dan de andere keer, altijd weer heeft gedaan en moet blijven doen is het dogma voor gelovigen op zo’n manier tot leven brengen dat de gemeente er blij van wordt en gaat zingen. En de combinatie van een gewijde ruimte, een theologisch geschoolde voorganger met een goede preek, kwalitatief goede muziek en eerbiedig gebruik van de sacramenten is een heel goed middel om de lofprijzing bij de gelovigen naar boven te halen. En waar die lofprijzing één keer bij mensen op de lippen ligt heeft dat ook het effect in hun leven.

Volgens mij is het Tom Wright die in een van zijn geschriften het paradoxale gegeven meldt dat er in kerken die helemaal niet zo bewust bezig zijn met het verbeteren van deze huidige wereld juist veel gelovigen zijn die in deze wereld de handen uit de mouwen steken om haar tot een betere plek te maken. Gewoon omdat de ontmoeting met de levende Heer in de traditionele kerk hen veranderde en ze een warm hart heeft gegeven voor de wereld om hen heen. Dit heeft Smouter trouwens ook wel gezien. In het eerste deel van zijn artikel steekt hij nog de loftrompet over gewone christenen die de participatiesamenleving van Rutte mogelijk maken. Dan vraag ik me af waarom hij in het tweede deel het instituut dat deze gelovigen heeft voortgebracht min of meer af wil schaffen.

Ik geloof in een christendom waar het woord dogma geen vies woord is, waar de theologie de eer heeft om dogma’s te herformuleren en te actualiseren tot een boodschap die de harten van gelovigen vandaag weet te raken. Want gelovigen veranderen de wereld als ze geïnspireerd raken door het dogma dat ze via de kerk ontvangen, het dogma dat uiteindelijk altijd weer een antwoord is op die ene vraag die Jezus stelde: ‘en jullie, wie zeggen jullie dat ik ben?’